De veelzijdige verleiding van Oostenrijk...
Wie aan Oostenrijk denkt, denkt aan bergen, kraakheldere meren en natuurlijk aan sneeuw. Maar Oostenrijk is net zo goed een land van eeuwenoude kastelen en burchten, schilderachtige steden en romantische dorpjes. Een land bovendien dat uitnodigt tot een actieve verkenning, te voet, per fiets of bijvoorbeeld te paard. Én een land dat eenvoudig en relatief snel per auto bereikbaar is. Het is de veelzijdige verleiding van Oostenrijk!

Stevige schoenen aan, rugzakje op en eindeloos wandelen over kronkelende bergpaden, kriskras tussen de Milka-koeien door. ’s Middags lekker picknicken op een bergtop en daarna afkoelen in turquoise gekleurde meren. Het zijn niet alleen de ingrediënten voor een ideale vakantie van gezinnen, ook als senior of actief stel zult u uw hart snel verliezen aan Oostenrijk. Niet in de laatste plaats door de combinatie van het actieve en de natuur met de stadse aantrekkingskracht van dit zo gastvrije land.

Struinend door de eeuwenoude steden en dorpen valt de rijke historie als een warme deken om uw schouders. Dat geldt zowel voor Wenen (waar u in de voetsporen van Sissi en Mozart treedt) als ook voor steden als Innsbruck, Linz en Klagenfurt. Adembenemend mooie kerken, imposante paleizen en historische centra met hun pittoreske straatjes en onverwachte stadsparken hebben Wenen, Salzburg en Graz een plek op de UNESCO-wereldcultuurerfgoedlijst opgeleverd. En terecht!

De bergen lonken
Na iedere burcht, na elke vesting, dom, mausoleum of plein – hoe mooi ook – treft altijd weer die andere, zo kenmerkende kant van Oostenrijk: de Alpen met hun groene of prachtig besneeuwde weiden en talrijke meren. Het lijkt een onwaarschijnlijk grote stap van de rijke en weelderige cultuur naar de pure natuur. En toch blijkt het in Oostenrijk slechts een klein sprongetje. Zodra u stad of dorp verlaat, eisen de machtige bergen uw aandacht weer op. Of u zich nu in het westen of in het oosten van het land bevindt. Het in miljoenen jaren gecreëerde berglandschap met zijn geweldige gletsjers strekt zich namelijk als een soort dwarsdoorsnede uit van Tirol naar Burgenland.

Welkome verkoeling
Zo veel bergen, maar nog meer meren! Oostenrijk mag zich rijk rekenen met al dat kristalheldere water. ’s Zomers goed voor een welkome verkoeling – en vooral ook veel waterpret! – en in de lente en herfst goed voor prachtige vergezichten. Het bekendste meer is misschien wel de Bodensee, dat zich uitstrekt over drie landen (Oostenrijk, Duitsland en Zwitserland). Toch is het met name Karinthië dat met 200 meren, warm genoeg om in te zwemmen, échte waterliefhebbers aan zich weet te binden. Ook andere deelstaten van
Oostenrijk herbergen veel, heel veel al dan niet door rotsen omringde bergmeren. Vaak zijn ze voorzien van zulk schoon water dat u er zelfs uit kunt drinken. De natuur roept Veel meren, maar ook rivieren, beekjes en watervallen maken deel uit van de zes nationale parken die Oostenrijk telt. Zoals de Krimmler-waterval bijvoorbeeld – de hoogste in Europa – gelegen in nationaal park Hohe Tauern. Vond u Oostenrijk tot nu toe al prachtig, de natuur in de nationale parken is als het spreekwoordelijke neusje van de zalm. Hier loopt u door oeroude bossen, langs zoutpoelen, over vervaarlijke gletsjers, machtige bergtoppen en glooiende bergweiden, en geniet u van een immens rijke flora en fauna. In sommige nationale parken kunt u onder begeleiding van speciaal opgeleide nationalpark rangers de natuur in. Zoals in het eerder genoemde Hohe Tauern. Van juli tot en met september worden hier maar liefst 26 verschillende wandelingen per week aangeboden. Lekker actief Wandelen is natuurlijk niet alleen geweldig binnen de nationale
parken, heel Oostenrijk leent zich ervoor! En het leuke is dat geen enkele wandeling hetzelfde hoeft te zijn. Van avontuurlijke klimpartijen en meerdaagse trektochten tot een ontspannend tochtje over de alpenweiden, het kan allemaal. Ook per fiets laat Oostenrijk zich goed ontdekken. Als u zich maar laat verleiden door het verrassend veelzijdige Oostenrijk!